Het laatste lood
Door: Jan Huisman
Blijf op de hoogte en volg Jan
07 Juli 2018 | Italië, Rome
5 juli 2018, 92 - 2100 (over verschillen wordt niet gereclameerd)
Voor de vogels is de bijna serene rust op deze camping geen issue, ze verslaan mij ruimschoots met vroeg opstaan. Bart trekt zijn tentrits niet veel later voorzichtig open en Trijntje, dat verhaal kennen jullie al als het op slapen aankomt. In wat gesprekken met geloofsgenoten en Angela de campingcheffin wordt duidelijk waar het verschil in GPS routes van Bart en Jan in zit. De voorlaatste variant ging over Narni en deze camping kun je dan gebruiken. De nieuwste variant gaat over Amelia en daar zijn geen campings te vinden. Reitsma verklaard dit naar verluid dat men steeds meer luxer wil fietsen langs B&B’s en niet met alle bagage van dien als je kampeert. Het kamperen vraagt dat je veel meer bagage mee moet maar is toch wel het echte werk als je het mij vraagt.
We vragen eens rond hoe het komt dat we veel bijeenkomsten voor Italiaanse kinderen zien en geregeld een kamp voor hen. Het blijkt dat ze hier weliswaar ook op zaterdagochtend nog school hebben en lange dagen maken maar daar staan dan bijna drie maanden zomervakantie tegenover. Leuk voor de kinderen misschien maar vast erg lastig voor de ouders.
Op de valreep dat we zullen opstappen om een uur of negen komt Angela terug met het brood voor de al deels wachtende gasten. Dat leidt opnieuw tot gesprekken en nieuwsgierigheid bij de wachtenden in de broodfile. Op een zeker moment roep ik “Avanti per favore” en dat werkt om op te kunnen stappen. Op de stukje van de camping naar de routeweg herinnerd de wolfsgrauwe herder zich dat hij nog een kleine afrekening met mij wil en ben ik blij dat hij achter een hoog en stevig tuinhek zit.
Oh heerlijkheid, we mogen beginnen met ruim zes kilometer afdaling in dit mooie landschap, dan een stukje vals plat en weer een paar kilometer naar beneden suizen. Met de rem in de hand want ineens kunnen er gaten opduiken in de weg. Bij een rij grote winkels stappen we binnen voor het dagelijkse brood, blijkt het een soort “op is op” drogist te zijn maar dan mega. De buurman is wel een supermercado en daar krijg ik een reprimande dat ik niet de daarvoor bedoelde plastic handschoenen heb aangedaan bij het broodjes uitzoeken. Raar land, er ligt overal vuil, de hygiene van de toiletten laat vaak te wensen over maar deze overtrokken maatregel moet dan wel. Ook moet je bij het zwemmen een badmuts op, die je dan moet kopen natuurlijk. Ik weet als ex campinggoeroe veel over zwembad hygiene en waterzuivering en die badmutsen cultuur slaat nergens op.
We missen voor de koffie al een belangrijke afslag in de route en besluiten in een volgend dorp koffie te drinken en daar een tussenweggetje naar de juiste route in te slaan. De onverschilligheid waarmee we behandeld worden door twee sterk op elkaar gelijkende bardames is met geen pen te beschrijven. Bart moet zijn fietsaccu al bijladen dus verdragen we dat en de onvermijdelijke, blèrende muziek dan ook maar. Als we eindelijk weer op weg zijn op het gekozen zijweggetje brult Bart na een kilometer of drie heel hard dat we moeten stoppen. Hij heeft zijn stuurtas bij het opstappen op een muurtje laten staan. Grote schrik, en snel besluiten, want daar zitten al zijn belangrijke zaken in en onze huishoudpot. Telefoon, paspoort, portemonnee, betaalpassen en zonnebril zitten in deze tas.
Bart en Trijntje blijven daar en ik leg snel al mijn bagage af en fiets zo snel mogelijk terug naar het dorp, maar het is vergeefs. De tas is weg en blijft weg ook na het zoeken in de directe omgeving. Ik bel zijn telefoon verschillende keren maar die wordt niet opgenomen. Ook navraag bij de kroeg, de werkmannen en een enkele loslopende passant levert niets op. Het pand van de carabinieri ligt twee huizen naast de kroeg en ik bel daar maar aan.
Een norse agent van pakket is niet blij met me en spreekt geen enkel woord anders dan Italiaans. Ik moet op het (straf)bankje in de gang. Een andere collega legt uit dat er een Engels sprekende kloon van hen onderweg is om de aangifte op te nemen. Alle communicatie tussen de aanwezigen en via de telefoon gaat in de snauwmodus. Ik begin te begrijpen dat je hier niets te veel moet zeggen en het NL vingertje helemaal thuis moet laten.
De Engels sprekende collega komt na een stief halfuurtje binnen en het moet gezegd, hij is voorkomend, rustig en aardig tegen mij. De man heeft een halfjaar in een internationaal politieteam in o.a. Amsterdam gezeten en heeft op het communicatieve vlak duidelijk bijgeleerd t.o.v. zijn zure collega. Snel is de aangifte nu op papier gezet, in het Italiaans, en wordt er nog door twee gewone tuuten gepatrouilleerd om bekende pickpockets te bezoeken en rond te kijken op voor hen bekende plaatsen. Met de aangifte, adressen en telefoonnummers van de ambassade in Rome op zak vertrek ik richting de plek waar Trijntje en Bart staan te wachten. We proberen nog even het nummer van de NL ambassade maar er is onvoldoende bereik op deze plek. Boosheid en neergeslagen gevoel vechten om de voorrang bij ons om de kennelijke gevoelloosheid waarmee men andermans spullen gewoon meeneemt.
We pakken onszelf en alle bagage weer op en gaan verder op het pad naar een zeer avontuurlijk verloop van de gekozen zijstraat. Op en neer ging het al maar het pad wordt halfverhard en daarna slechter en slechter, de gaten groter en tenslotte staan we voor een beekje die het woeste pad kruist. Nu moet Trijntje even passen maar Bart gaat als eerste lopend door het stroompje, ik volg rijdend op Trijn haar fiets en tenslotte roetsch ik met mijn eigen fiets en een flinke gang door het water. Bart en ik vinden het wel wat maar worden ook stiller als de weg nu weer omhoog gaat vanzelf en er echte uitgespoelde sleuven dwars over het zandpad lopen. Sommige van een slordige halve meter diep. Op de steilste stukken duwen we de fietsen een voor een, met zijn drieën naar boven en gelukkig wordt het pad verderop op iets wat daar op lijken mag. Uiteindelijk stuiten we op het weggetje van de eigenlijke route en kunnen we weer een beetje vaart maken en we zien dat Bart ook nog eens zijn pet in de achter ons liggende woestenij is kwijtgeraakt.
Achter elke bedwongen heuvel die we vandaag oprijden hopen we de afdaling te zien maar er verschijnt steeds opnieuw een volgende. De accu’s raken leeg en het water moet nodig aangevuld en we bereiken net op tijd het dichtstbijzijnde stadje. Bij de eerste bar/ijssalon krijgen we een snibbige weigering (de eerste in deze tocht) onze accu’s op te laden. Om de hoek van de straat hebben we meer geluk en nemen we diverse drankjes en een ijsje om de oudere, wat vreemde vrouw enige extra omzet te bezorgen. Voor een extra fooi voor de stroom wordt uitvoerig bedankt.
Opnieuw komen er enkele heuvels en we beginnen te twijfelen over de laatste afdaling van twintig kilometer die ons naar Rome moet voeren. We voelen ons opgelucht als we op een laatste hoogte delen van de miljoenenstad zien liggen en beginnen met graagte aan de afdaling. Het kruisen van de buitenste snelwegring is nog een hele puzzel. We moeten gebruik maken van een gecompliceerd soort klaverblad en tegelijkertijd aan de overzijde van een spoorlijn zien te komen. Deze wirwar van wegen, op- en afritten en viaducten kan alleen maar bedacht zijn door een neef van graficus Esscher.
Dan komen we toch op het fietspad langs de Tiber terecht die ons rechtstreeks naar de camping zal voeren. Het laatste stukje binnenweggetje is echter opgebroken en we moeten over een vier honderd meter dubbele autoweg. Het is alsof je bij ons op je fiets ineens op de snelweg rijdt. Dan moeten we hier ook nog naar de linkerrijbaan omdat dit de afrit naar de camping is. Bizar bijna, maar het gaat allemaal goed, niet twijfelen hier in Rome moet je gewoon voorrang nemen, daar heeft men alleen respect voor. We besluiten morgen pas naar het St. Pietersplein te gaan zonder bagage dat is veel makkelijker sturen. Bovendien zijn we nu te moe van vooral de warmte om daar ten volle van te kunnen genieten.
We stappen de luxe aircogekoelde receptie binnen en krijgen van alle luxe een vermoeden van de prijs. Bij het betalen worden we geïnformeerd over het inleveren van onze spullen en de fietsen bij een medewerker van Soetens die het vervoer naar Nederland verzorgt. Moe maar voldaan stellen we onze tenten op tussen andere kleinbereisden en gaan heerlijk douchen in het met marmer ingezette sanitair waar de vierjaargetijden van Vivaldi uit de luidsprekers klinken. De prijs van de camping, we weten het. We eten daarom vanavond alle resten van onze aankopen en hebben ook liever iets koels te drinken. En nee, ook vanavond maken we het niet laat. Morgen eerst uitslapen en dan op pad naar het St.Pietersplein.
-
07 Juli 2018 - 18:17
Catrijn:
Wat als een mooie dag is begonnen eindigd iets minder door de verdwenen tas. Balen. Ja je moet toch verder. Gelukkig is de tocht toch weer een belevenis als je door het water moet. En dan met een rot gang naar beneden. Eind inzicht. O wat een gelukkig en lekker gevoel denk ik als je aangekomen bent op de camping. Einde van het fiets avontuur. Nu nog even naar St. Pietersplein. Dan is het echt voorbij. Geweldig jullie hebben het gehaald. -
08 Juli 2018 - 11:33
Marica:
Zo jammer van de tas... met zo'n avontuur. Rotzakken zijn het!
Nou niets meer aan te doen inderdaad.
Jullie hebben het gehaald. Trots op jullie!
Dikke kus -
10 Juli 2018 - 20:38
Sab:
Hè, bah, en dat zo net voor het einde. Gelukkig ' zijn het maar spullen' en zijn jullie veilig aangekomen!
Geniet van Rome! X
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley